Blog
Geplaatst op zondag 23 mei 2021 @ 17:09 door Calamandja , 829 keer bekeken
De top 100 op Klara is afgelopen, maar nog steeds wordt er stevig gediscussieerd over de nieuwe nummer één. Arvo Pärts Spiegel im Spiegel kent veel bewonderaars, maar ook uitgesproken tegenstanders. Vooral het feit dat hij een illustere voorganger als Johann Sebastian Bach achter zich laat, doet velen de wenkbrauwen fronsen. Je zou nochtans denken dat iedereen blij is met een hedendaagse componist aan de top. Bewijst dat niet dat klassiek écht nog leeft? Maar het gaat niet zomaar om een twist tussen componisten. Als Giovanni Battista Pergolesi en Gregorio Allegri haasje-over hadden gedaan, maakte dat wellicht niet zo’n verschil uit. Neen, er lijkt iets fundamenteels aan de hand met deze nieuwe nummer één.
Zoals hoogleraar musicologie Pieter Bergé reeds aangaf, zegt de ranking iets over de tijdgeest. Niet alleen zien we dat de lijst eindelijk (iets) meer vrouwen bevat, ‘zowat één vierde van de gekozen composities is puur religieus’, merkt Bergé op. Veel muziek is bovendien meditatief van aard en uitgesproken langzaam. Dat zie je in de stijgende populariteit van hedendaagse postminimalisten zoals Max Richter, die in het zog van Pärt welluidende, verstilde muziek gingen schrijven. De conclusie ligt voor de hand: in tijden van spirituele nood zoeken mensen troost en verstilling. Maar precies hier wringt ook het schoentje met Pärt. Zijn muziek is religieus geïnspireerd, maar draagt een heel andere soort van spiritualiteit uit dan die van, bijvoorbeeld, Bach.
Bach nodigt je uit om je aandacht naar buiten te richten, op God of minstens op de muziek zelf. Zo kan je opgaan in iets dat je te boven of te buiten gaat. Dat is een transcendente ervaring, zelfs al ben je niet gelovig of let je niet op de liturgische teksten. Dat een voorkeur voor religieuze muziek zou wijzen op een hernieuwd geloof in God, is dus maar de vraag. Spiritualiteit heeft vele gezichten.
Daft Punk
Om in muziek op te gaan, hoef je niet per se verstilling op te zoeken. Met zijn barokke, voortdenderende ritmes toont Bach dat ook het vreugdevolle en het levendige je ziel kunnen doen dansen. Dat spirituele effect ligt misschien wel dichter bij de trance van Daft Punk dan bij het meditatieve postminimalisme. Toch haalt Bachs snellere werk vandaag de top tien niet meer. Wellicht is het een sign of the times dat net nu ook Daft Punk stopt met zijn vrolijke, dansende beats? (DS 23 februari).
Pärts muziek is op een heel andere manier spiritueel. Ze nodigt uit om je aandacht naar binnen te richten. Ze houdt je een spiegel van je eigen ziel voor en doet dat door een ruimte van leegte en stilte te openen. Met zijn fameuze tintinnabuli-techniek weet hij de luisteraar te hypnotiseren, waardoor die zich naar binnen keert. Pärt vergeleek zijn muziek dan ook weleens met een handdoek waarmee je je tranen droogt.
Luisteren kun je leren, het is een spirituele oefening. Dat maakt nog niet alle muziek even interessant, maar het kan wel een verrijking zijn
Zo’n naar binnen gekeerde luisterervaring loopt het risico om oppervlakkig te worden. Dat is meteen ook het vaak gehoorde verwijt aan het adres van de hedendaagse postminimalisten. Met hun ‘nieuwe welluidendheid’ creëren ze een veilige, aangename akoestische ruimte voor opgejaagde zielen. Dat is een spirituele missie op zich, maar de grens met gebruiksmuziek is dun. Zoals een schilderij van Mark Rothko in een Ikea-showroom niet meer dan behang is, leent deze muziek zich tot perfecte soundtrack tijdens het eten, lopen of zelfs slapen, in het geval van Richter. De muziek vraagt geen aandacht. Ze biedt je bovenal de mogelijkheid om binnen een bepaalde sfeer met jezelf bezig te zijn.
Collectief verstrooid
Als muziek omslaat in een ego-gebeuren, verliest de luisterervaring haar verheffende potentieel. De vraag is in hoeverre dat aan de muziek zelf ligt en in hoeverre aan onze veranderde manier van luisteren. Misschien zijn we collectief te verstrooid geworden? De muziek van Bach, om de vergelijking even door te trekken, heeft wel meer ‘muzikale weerhaken’ dan die van Pärt. De gebeurtenissen in de muziek maken dat je aandacht naar buiten gericht blijft. Dat je je de muziek nooit volledig kunt toe-eigenen.
Zo’n aandachtige luisterhouding kun je ook aannemen bij de muziek van Pärt. Dan komt er een evenwicht tussen buiten en binnen tot stand dat minstens even diep gaat. Il faut cultiver son jardin, wist Voltaire. Dat wil niet zeggen: je terugtrekken in je eigen plekje, maar je mogelijkheden ontplooien om de wereld ten volle tegemoet te treden. Luisteren kun je leren. Het is een spirituele oefening. Dat maakt nog niet alle muziek even interessant, maar het kan wel een verrijking zijn. Dat Pärt nu die prestigieuze lijst aanvoert, is een uitnodiging om hem anders te beluisteren: plooi niet op jezelf terug, alsof je in een banale spiegel kijkt, maar heb oog voor de wereld buiten. Misschien geeft dat wel zin om eindelijk ook weer te gaan dansen?
Bron: Marlies De Munck - Muziekfilosofe (UAntwerpen); De Standaard, 24 februari 2021
Je moet ingelogd zijn om een reactie te mogen plaatsen. Klik hier om in te loggen.
Reacties
Er zijn nog geen reacties geplaatst.